Wat zijn buitengewone kosten?
Ouders hebben ten opzichte van hun kinderen een onderhoudsplicht. Dit betekent dat iedere ouder moet instaan voor de huisvesting, het levensonderhoud, de gezondheid, het toezicht, de opvoeding, de opleiding en ontplooiing van zijn kinderen.
Alle mogelijke kosten kan je verdelen in drie soorten kosten:
-
De gewone verblijfsgebonden kosten
Dit zijn de kosten die samenhangen met het verblijf van de kinderen. Denk aan kosten voor voeding, verwarming, elektriciteit, enz.
-
De gewone verblijfsoverstijgende kosten
Dit zijn normale kosten van kinderen die niet samenhangen met de plaats waar het kind verblijft. Voorbeelden zijn: kleding, schoolkosten, kosten van de huisarts,…
Als er een onevenwicht is in het inkomen van de ouders of een verblijfsregeling waarbij het kind meer bij de ene dan bij de andere ouder verblijft, dan wordt er alimentatie betaald. Die alimentatie gaat over bovenstaande kosten.
-
De buitengewone kosten
De buitengewone kosten zijn uitzonderlijke, noodzakelijke of onvoorzienbare kosten die voortvloeien uit toevallige of ongewone gebeurtenissen en die het gebruikelijk budget voor het dagelijks onderhoud van het kind overschrijden.
Deze kosten vallen buiten de alimentatie. Het komt veel voor dat deze kosten 50-50 verdeeld worden, maar ook een andere verdeling is mogelijk.
De praktijk
We hebben een zeer uitgebreide lijst van alle mogelijke kosten. Ouders kunnen zelf van iedere kost bepalen onder welke categorie ze valt. Jullie beslissen dus ook samen welke kosten onder de alimentatie vallen en welke onder een andere verdeling.
De regeling werd verduidelijkt
Op 2 mei 2019 werd een lijst gepubliceerd van de kosten die worden beschouwd als buitengewone kosten. De lijst is indicatief, waardoor het mogelijk is om ervan af te wijken in een overeenkomst of een vonnis.
Bovendien voorziet het Koninklijk Besluit dat, behalve in geval van hoogdringendheid, een voorafgaandelijk overleg en akkoord nodig is over deze kosten. Het voorafgaandelijk overleg moet zowel gaan over de noodzakelijkheid van de uitgave, als over de hoogte ervan.
Wanneer een ouder niet reageert binnen de 21 dagen (30 dagen tijdens vakantieperiode) wordt deze geacht in te stemmen met de vraag voor een buitengewone kost. Bereiken de ouders geen akkoord over de buitengewone kosten waarvoor het akkoord van beide ouders vereist is, dan zal de betwisting kunnen worden voorgelegd aan de rechter.
Tot slot bepaalt het KB de manier waarop de afrekening van de buitengewone kosten gebeurt. Deze gebeurt driemaandelijks en elke ouder die terugbetaling vraagt, moet een kopie van de bewijsstukken van de gemaakte kosten aan de andere ouder bezorgen. De andere ouder heeft een termijn van 15 dagen om de terugbetaling in orde te brengen.
De praktijk
Bovenstaande regeling geldt enkel als er geen overeenkomst of vonnis is met andere afspraken. We raden heel erg aan om dit ook daadwerkelijk te doen, er goed over na te denken en we helpen je uiteraard bij het correct en uitgebreid formuleren van jullie afspraken op maat.
De regeling zal volgens mij in scheidingen met hoogconflict kunnen leiden tot meer duidelijkheid en hopelijk minder gevechten omdat de ouders en ook de rechter een grotere houvast hebben. In situaties waar alles relatief vlot loopt daarentegen, vrees ik een omgekeerd effect. Er is immers in de nieuwe regeling over meer kosten een voorafgaand akkoord nodig dan dat het geval was in de vroegere gang van zaken. Laten we hopen dat dit niet tot meer discussies en rechtszaken leidt. Een goede regeling kan dat alvast vermijden.